Waar staan we?
Met de afronding van de analyse kan er overgegaan worden naar de volgende fase. Dat is de fase waarin de uiteindelijke strategie kan worden gemaakt. In het oorspronkelijke schema het derde onderdeel.
In het eerste deel over positionering en identiteit hebben zijn de volgende zaken gedefinieerd:
- De reden van bestaan van de organisatie
- De visie en missie
- Het bestaansrecht
- De kernwaarden
- Het langetermijndoel (Big Hairy Audacious Goal, oftewel BHAG)
- De positionering, inclusief het bedrijfsmodel (BMC), de waardepropositie (VPC), de producten en diensten, en de pay-off.
Vervolgens is gekeken naar hoe dit zich verhoudt tot de realiteit, met specifieke aandacht voor:
- Relevante trends en een omgevingsanalyse
- De blauwdruk van de organisatie
- De concurrentie
- Sterke en zwakke punten, kansen en bedreigingen (SWOT-analyse)
- Financiële aspecten
Daarna is vastgesteld wat de gewenste verbeteringen zijn op het gebied van:
- Positionering en identiteit
- De blauwdruk van de organisatie
- Financiën
Bij het definiëren van de uiteindelijke strategie is het essentieel om deze eerdere stappen te vertalen naar concrete acties en meetbare doelstellingen. Dit als logisch vervolg op de noodzakelijke verbeteringen die eerder zijn gedefinieerd, waarbij ook de prioriteiten en afhankelijkheden zijn vastgesteld.
Met deze kennis kan de uiteindelijke strategie worden gedefinieerd, bestaande uit:
- De resultaatgebieden en bijbehorende kerndoelstellingen van de organisatie
- De status van deze doelen
- De noodzakelijke verbeteringen binnen deze resultaatgebieden (ofwel de strategische innovaties)
- Kritische succesfactoren daarbij.
Uiteindelijk kunnen dan de kerndoelen en innovatiedoelen voor de middenlange termijn van afgeleid worden en meer specifiek gemaakt als het gaat om:
- Klanten
- Financien
- De blauwdruk van de organisatie, dat wil zeggen:
- Mensen en leiderschap
- Processen en organisatie
- Technologie en systemen